Gisterochtend (1 mei) bracht zoon Maarten ons met de Mini naar Schiphol, we waren ruim op tijd om op ons gemak in te checken. Het was heel rustig op de luchthaven. Alleen bij de controle bleek Herman gereedschap mee te hebben wat ze niet mochten toelaten. Helaas zat zijn Leatherman er ook bij en een favoriet tangetje dat hij al heel lang heeft. Ze gaven ons nog het alternatief om terug naar de vertrekhal te gaan en het daar in te laten pakken en naar huis op te laten sturen maar dat zagen we toch niet zitten.
De vlucht verliep rustig en door wind mee waren we eerder in Thessaloniki waar we een krappe overstap hadden op een lokale vlucht naar Samos. ‘s Ochtends hadden we op het laatste ogenblik gekozen om toch geen ruimbagage mee te nemen omdat we anders deze korte overstap weleens niet zouden halen. We waren nu blij met deze beslissing. Inchecken in Griekenland ging voorspoedig, we hadden alle papieren en de QR code gereed om te tonen zodat we een vlotte doorgang hadden. We hadden ruime een half uur totdat het boarden begon.
Met een busje werden we naar een klein propellervliegtuigje gebracht, we zaten voorin. In driekwartier landden we op Samos. De vlucht was rustig omdat er weinig wind was.
Wat was het leuk om vanuit de lucht de kust van Turkije te zien en verschillende Griekse eilanden te zien langskomen. Voor mij de eerste keer dat ik hier in deze regio ben. Herman heeft hier al eens gezeild met Sabine.
Op het vliegveld werden we al opgewacht door de makelaar en de eigenaar, een hartelijk welkom met een lekkere fles witte wijn, een specialiteit van Samos. Wat was het warm in onze winterkleding! Met de auto werden we naar ons hotelletje gebracht. Ze zijn eigenlijk niet open maar de makelaar heeft dit voor ons geregeld. Een kleine kamer met een ieniemienie balkonnetje. Goed genoeg voor ons.
Na 1,5 uur lekker niksen en opfrissen ontmoetten we de eigenaar opnieuw, ditmaal om over de boot te praten. Het is duidelijk dat hij veel van Kolibri houdt en moeite heeft om haar los te laten.
In het kleine dorpje lopen we makelaar en de eigenaar regelmatig tegen het lijf. Waar bij de makelaar duidelijk de ratio, de deal, maar ook de relatie van belang is, is dat bij de eigenaar moeilijker te doorgronden. De man is duidelijk geëmotioneerd en lijkt er dubbel in te zitten. De verkoop van Kolibri is een grote stap voor hem en lijkt het afscheid van een leven of een droom voor hem te zijn. Als we ze tegenkomen eindigen we iedere keer op een terrasje dat op wonderlijke wijze voor ons wordt geopend. Zeker bijzonder omdat de makelaar ook de burgemeester van het dorpje is. Samen met de burgervader de wet overtreden is blijkbaar wel goed.
In de avond is een kerkdienst vanwege Pasen, het gezang schalt door het hele dorp. Na de dienst nemen de mensen het heilige vuur met een kaars in de hand mee naar huis.
Na een onrustige nacht met heel veel keiharde knallen (dit is een traditie met Pasen) genieten we van de rust aan het haventje, en belanden we aan de koffie met de eigenaar. Na het ontbijt gaan we aan de wandel met als doel het klooster wat bergopwaarts ligt. Er is een heilige grot met gebedsplekken. Een flinke, warme klim, we doen rustig aan. In de grot is het heerlijk koel. We steken een kaarsje aan voor onze droom.
We lopen terug via de kerk en komen veel ruïnes van oude tijden tegen. Een fris biertje krijgen we bij het nu welbekende tentje. We treffen een Australiër aan die veel weet te vertellen over de geschiedenis van het geloof. Een interessant stukje geschiedenisles. Leuk hoor zulke ontmoetingen, dit is een deel van waar wij naar uitzien als we straks op reis gaan.